Verzorging

In een tuinvijver zijn de koi overgeleverd aan de grillen van veranderende seizoenen. Om de koi in goede conditie te houden, dienen er per seizoen aanpassingen gedaan te worden. Hieronder wordt een overzicht weergegeven van de taken die bij ieder seizoen horen.
 
✔ LENTE
 
Onderhoud van de vijver
○ Maak de vijver grondig schoon met een vacuümpomp als er geen drainage is aangelegd.
○ Vul de vijver aan met leidingwater; gebruik een vernevelaar om het chloor in het water te verdrijven.
○ Vergroot de doorstroming van het water naarmate de koi actiever worden.
○ Maak filters goed schoon door middel van een terugloopbehandeling.
 
Waterkwaliteit
○ Breng biologische filters weer op volle gang en voeg merkpreparaten van gevriesdroogde of levende bacterieculturen toe om de filters te reactiveren.
○ Test de kwaliteit van het water regelmatig op de aanwezigheid van ammoniak en nitriet.
○ Als het nitrietgehalte te hoog is, moet u elke dag 30 tot 40 procent van het vijverwater verversen.
 
Koi voeren
○ Begin met voeren wanneer het water een temperatuur bereikt van 6°C; geef eerst weinig voer.
○ Geef bij lage temperaturen licht verteerbaar laxerend voer, zoals tarwekiemen.
○ Als de temperatuur op 10°C of daarboven komt, kunt u ‘totaalvoer’ aan het voedselpatroon toevoegen.
○ Als de temperatuur van het water constant 15°C of meer bedraagt, kan er eiwitrijk voedsel gegeven worden. Gebruik geen voer van het jaar ervoor!
 
Medische zorg
○ Behandel de vijver in het voorjaar tegen bacteriële en parasitaire overlast.
 
✔ ZOMER
 
Onderhoud van de vijver
○ Als er na de installatie van een nieuw filter toch nog hoge concentraties ammoniak en nitriet in de vijver voorkomen, moet er net voldoende water worden afgetapt door de drainagebuizen door te spoelen, of de vijverbodem schoon te maken met een vacuümpomp.
○ Gebruik een skimmer om vuil van het wateroppervlak te verwijderen, of installeer een overloopbuis en stel zo nu en dan in werking.
○ Wanneer er een onderwaterpomp aanwezig is, dient deze regelmatig te worden gecontroleerd op verstoppingen.
○ Zet laat in het voorjaar paaidraden uit in de vijver, controleer deze regelmatig en verwijder ze zodra de koi hebben kuitgeschoten om te voorkomen dat de eieren worden opgegeten.
○ Loop elke morgen rond de vijver om te zien of er vrouwtjesvissen uit het water zijn gedreven tijdens het paaien.
 
Waterkwaliteit
○ Maak het filtersysteem zo nu en dan schoon opdat het ammoniak- en nitrietgehalte op een minimum blijft.
○ Pas op dat het water niet te hard door de filters stroomt, maar zorg er ook voor dat het water in de vijver goed doorlucht wordt.
○ Houd de concentraties ammoniak en nitriet een week lang goed in de gaten nadat de koi hebben gepaaid.
 
Koi voeren
○ Geef koi ’s zomers meer voer, maar nooit meer dan ze in vijf of tien minuten kunnen verorberen.
○ Geef ze weinig voer, en doe dit vaak: voer dat niet wordt opgegeten levert vervuiling op.
 
Medische zorg
○ Controleer de vissen op infecties en parasieten; deze ongemakken treden in warm water sneller op.
 
✔ HERFST
 
Onderhoud van de vijver
○ Gebruik een skimmer of een net om de vallende bladeren op te vangen. Met een net kunnen ook reigers afgeschrikt worden die anders de vijver plunderen om zelf vetreserves op te bouwen voor de winter.
○ Maak filters grondig schoon. Maak ook alle bakken afzonderlijk schoon, met tussenpozen van ongeveer een week. Het gebruik van schoonmaakmiddelen of desinfecterende middelen is daarbij uitgesloten.
 
Waterkwaliteit
○ Gebruik in het filter een verwarmingsapparaat met thermostaat om temperatuurschommelingen tegen te gaan.
 
Koi voeren
○ Blijf de koi in de vroege herfst weinig voer geven, en doe dit vaak.
○ Als de watertemperatuur naar beneden gaat en de koi minder actief worden, kunnen er wat tarwekiemen aan het voer worden toegevoegd. De hoeveelheid tarwekiemen kan langzam opgevoerd worden tot aan het begin van de winter. Tegelijkertijd moet eiwitrijk voedsel geleidelijk aan weggelaten worden.
 
Medische zorg
○ Haal afgevallen blaadjes uit de vijver; blaadjes die op de bodem van de vijver verrotten vormen een voedingsbodem voor schadelijke bacteriën.
○ Controleer de koi grondig op parasieten, zoals visluizen en ankerwormen, vooral bij nieuwe vissen.
○ Leg een behandeltank aan voor gewonde koi. Zorg voor een minimumtemperatuur van 16°C.
 
✔ WINTER
 
Onderhoud van de vijver
○ Wanneer er in regelbare pomp in de vijver zit, moet deze op minimumstand gezet worden. Eén pomp is voldoende.
○ Controleer de zeef, de kabels en de schakelaars bij pompen die niet in gebruik zijn.
○ Breng de luchtstroom bij venturi’s terug, schakel watervallen en fonteinen in de vijver uit.
○ Breng de filtertoevoer op een hoogte van 15 tot 23cm onder de waterspiegel wanneer het water kouder wordt. Hierdoor wordt het warmere water onder in de vijver niet verstoord.
○ Eventueel kunnen de koi verhuist worden naar de binnenvijver.
 
Waterkwaliteit
○ Laat alle biologische filters aanstaan tijdens de wintermaanden.
○ Installeer in het filtersysteem kleine verwarmingselementen die met een thermostaat te regelen zijn om ervoor te zorgen dat het water niet kouder wordt dan 4°C.
 
Koi voeren
○ Breng de hoeveelheid voer langzaam terug naarmate de watertemperatuur zakt. Geef koi geen voer meer als het water kouder is dan 6°C.
 
Medische zorg
○ Zorg dat het water niet kouder wordt dan 4°C. Een watertemperatuur onder 2°C wordt kritiek voor koi, omdat ijs zich dan in de kieuwmembranen kan afzetten, wat dodelijk is voor de koi.
 
 
Bronnen
 
B.Brewster, N.Chapple, J.Cuvel, et all., 1991, De grote encyclopedie van de fascinerende koi